Vraagtekens bij gebruik persoonsgegevens Rotterdams onderzoek
Vraagtekens bij gebruik persoonsgegevens Rotterdams onderzoek
Het bureau Mediad voert in opdracht van de gemeente Rotterdam een onderzoek uit voor de Sociale en Fysieke Index door middel van een enquête afgenomen onder circa 10.000 Rotterdammer die steekproefgewijs is samengesteld. De SP en D66 hebben een aantal signalen ontvangen over de procedure waarop men de persoonsgegevens gebruikt en de aard van de vragen zelf. De partijen hebben daarom schriftelijke vragen gesteld aan het college van B&W.
De partijen is verteld dat de gemeente voor het onderzoek een lijst met de namen en adressen van 10.000 huishoudens aan het onderzoeksbureau heeft overhandigd. Namens de gemeente Rotterdam worden burgers per brief uitgenodigd om een vragenlijst via internet in te vullen. Als er niet gereageerd wordt op de brief en de herinnering, worden de telefoonnummer van de huishoudens opgevraagd. Hiervoor zijn drie bedrijven ingeschakeld die bij de naam en het adres het juiste telefoonnummer zoeken. De partijen vinden dit erg vreemd. Ook een geheim telefoonnummer werd niet ontzien. Op onverklaarbare wijze werd dit bewuste geheime telefoonnummer bij zeven verschillende huishoudens op de lijst vermeld. Hierdoor is deze persoon in totaal acht keer gebeld om telefonisch mee te werken aan het onderzoek waarbij er elke keer werd gevraagd naar mensen die niet bekend waren bij deze persoon.
SP en D66 willen weten of deze procedure klopt en welke bedrijven daarvoor ingeschakeld zijn. Ook willen ze weten hoe zo'n lijst van respondenten wordt samengesteld? Is deze door de gemeente zelf aangeleverd? Wordt er wel rekening gehouden met de privacywetgeving en is er afgesproken hoe de bedrijven met die persoonsgegevens omgaan? Mogen de gegevens voor andere doeleinden gebruikt of doorverkocht worden of worden ze na gebruik vernietigd?
Tevens kregen beide partijen meldingen over de aard van de vragen die werden gesteld. Zo werden er vragen gesteld over etnische verbondenheid, frequentie van kerk- of moskeebezoek en of de ouders in hun straat hun kinderen respectvol opvoeden. Leo de Kleijn van de SP: "Uit vrijwel alle wetenschappelijke onderzoeken blijkt dat etniciteit of geloofsovertuiging geen invloed hebben op de sociale kwaliteit van een wijk maar dat sociaal-economische achterstand in veel gevallen de leidende factor is. Ik ben dan ook zeer benieuwd op basis van welke feiten het college baseert dat etniciteit en geloofsovertuiging van invloed zijn op de sociale kwaliteit van een wijk."
